KRITIEK EN ANTWOORDEN
Er is kritiek en kritiek. Eet je rauw of eet je gekookt, je bent altijd
partij. Je bent voor dit of voor dat. Vandaar dat er altijd kritiek is.
Echte doordachte kritiek, oprecht openstaan en vragen en analyseren is
dun gezaaid. Meestal is het verdekte afweer. Het is opmerkelijk wat
voor bizarre dingen mensen inbrengen om maar niet aan iets nieuws te
hoeven. Het is heel vaak een vorm van CDR. Cognitieve Dissonantie
Reductie.
(Wordt in het boek uitgebreider uitgelegd.) Mensen horen iets nieuws en
zien in dat ze daar iets mee moeten. Maar vervolgens zien ze de
consequenties. Daar hebben ze geen zin in, zoals stoppen met roken, en besluiten dat het niets
voor hen is of onmogelijk uit te voeren.
Maar dat is in tegenspraak met
wat ze zouden moeten zeggen van zichzelf. Als ze consequent waren
zouden ze er voor moeten openstaan of het moeten toepassen. Dus zouden
ze kunnen zeggen: ´Het klinkt interessant maar ik heb te veel aan
mijn kop.´ ´Ik zou het moeten doen maar ik kan het
niet.´ of ´Het klopt, maar ik ga er niet voor.´
Zo´n uitspraak is vragen om lastige vragen van anderen.
´Waarom dan niet?´ Wie wil toegeven dat hij in deze wereld
niet consequent kan zijn. Het zijn de uitzonderingen die dat kunnen
opbrengen. Mensen met genoeg zelfvertrouwen.
Dus de meesten gaan naar redenen zoeken waarom ze het niet zouden
moeten doen. ´Het is nog niet bewezen.´ en allerlei
variaties daarop. Het goedpraten van de eigen afweer. Ze sluiten zich
af of gaan zwaar in de verdediging. Het is vaak moeilijk om rustig te
blijven (voor beide partijen ☺)
Maar vaak is het ook beide. Iemand staat een beetje open. Welwillend
dus. Maar wil het niet te ingewikkeld maken. Hier in elk geval wat
(serieuze) kritiek die ik vaker tegenkom.
1. Kritiek: “Je moet per voedingsmiddel kijken of het rauw te
eten is of beter gekookt kan worden. Mensen kunnen lang niet alles rauw
verteren.”
Antwoord: Het gaat dan meestal om voeding die rauw niet te verteren is.
Die kun je uit veiligheidsoverwegingen beter helemaal niet eten. Je
weet niet wat je doet. Sojabonen bijvoorbeeld bevatten een hele serie
giffen. Nauwelijks eetbaar in rauwe toestand. Als je die gaat koken
blijken ze wel te verteren maar wat er dan allemaal precies in het
lichaam gebeurt weet niemand. Of men heeft het over betere opname. In
feite kan snellere of betere opname juist een reden zijn om de
aardappelen of de aduki-boontjes niet te eten. Denk aan de suikerkick
oftewel de glycemische index. Betere of snellere opname kan zorgen voor
nog onbekende effecten waar we niet aan aangepast zijn. Als je rauw eet
kies je alleen uit dat wat rauw ook te verteren is en dat is veel
veiliger. Eet je instinctief dan kies je zelfs alleen dat wat op
zichzelf staand lekker is en wat je dan ook goed blijkt te kunnen
verteren. Keus genoeg.
2. Kritiek: “In bepaalde voedingsmiddelen zoals tomaten en
koolsoorten zitten bepaalde goede stoffen die pas bij verhitting
vrijkomen.”
Antwoord: Maar bij het koken ontstaan er in diezelfde producten weer
andere stoffen die weer niet goed zijn en waar het lichaam nooit heeft
geleerd op te reageren. Dus het allergisch zijn voor (bewerkte)
pinda´s en niet allergisch zijn voor pinda-olie (arachide olie,
een veel gebruikte keukenolie) betekent nog niet dat het lichaam die
wel goed verdraagt. Het kan zijn dat de stof waar het lichaam
allergisch voor was in de pinda niet wordt herkent in de olie en toch
schade aanricht. Het gaat ook niet alleen om stoffen op zich. Koken
verstoort ook oorspronkelijke evenwichten tussen afzonderlijke stoffen.
Rauw is altijd beter in evenwicht.
3. Kritiek: “Als je een gezondheids-effect beweert dan moet je dat wetenschappelijk onderbouwen.”
Antwoord: Naast een hele berg van tienduizenden persoonlijke ervaringen
van rauwe eters is er al lang een wetenschappelijke onderbouwing. Er
zijn al duizenden experimenten gedaan die de juistheid van de
gezondheidsclaims bevestigen. (Een interessante selectie vind je op
www.beyondveg.com/cat/links-out/raw-research.shtml) Dat niet iedereen
die kent in onze informatie-overkill-maatschappij is een ander verhaal.
Laten we gelijk een hele berg geld ter beschikking stellen zodat dit
vreselijk belangrijke onderwerp snel duidelijker wordt. Dus de houding
zou moeten zijn: is dit plausibel? Is dit belangrijk? Wil ik dit
onderzoeken? Waar vind ik meer informatie hierover ? Helaas zit het
grote geld bij de gevestigde wetenschappelijke instellingen en die
staan hier weinig voor open. Maar als ze openstaan is het resultaat
heel interessant.
4. Kritiek: “De oermens was niet zo´n lang leven beschoren
en dat had ermee te maken dat hij geen erg gezonde voeding tot zijn
beschikking had.”
Antwoord: Onwetenschappelijke fabels. Over de leeftijd die oermensen
bereikten weten we niets zeker. Uit de archeologisch opgegraven botten
kunnen we dat niet afleiden. Dat er heel veel het loodje legden voor ze
de geslachtsrijpe leeftijd bereikten is wel duidelijk maar hoeft niet
direct met eten te maken te hebben. Dat haalt de gemiddelde leeftijd
natuurlijk wel omlaag. Maar dat zegt niets over de leeftijd die de
eenmaal volwassen geworden mens normaal bereiken kan. Kijken we naar
jagers verzamelaars die nog het meeste lijken in leefstijl op de
oermens dan zien we dat zij ook, als ze eenmaal volwassen zijn, met de
westerse mens vergelijkbare leeftijden halen. En als rauwe voeding niet
gezond zou zijn, de praktijk laat overigens het tegenovergestelde zien,
dan zouden de dieren allemaal erg ongezond moeten zijn. Ooit van
´het overleven van de best aangepaste´ gehoord? Er wordt
ook wel met het argument geschermd dat er geen noodzaak was om langer
te leven dan 65, als de kleinkinderen groot waren, en dat je daarna een
last zou zijn voor de stam Maar er kunnen net zo goed argumenten
aangedragen worden die het tegenovergestelde beweren. Het is
voornamelijk een argumenten zoeken die in je eigen straatje te pas
komen. Kortom: we weten dat niet.
En dan eentje die hier op lijkt:
4a. Kritiek: “Koken is veel veiliger en daardoor is onze
levensverwachting een stuk langer geworden.” Antwoord: Eerst het
woordje ´daardoor´.Onze levensverwachting is veel langer
geworden door een aantal factoren: grotere hygiëne, schoon
drinkwater, quarantaine, inentingen, rioleringen, preventie. Koken is
daar in dit verband een onderdeel van. Dus hoeveel precies op de
rekening van het koken alleen te schrijven valt is moeilijk te zeggen.
Als er al iets op die rekening te schrijven valt. En of het meer zou
zijn dan het aantal voedselvergiftigingen?
Vervolgens het woordje ´langer´. Zoals je ziet aan deze
opsomming zijn dit allemaal verbeteringen die kwamen nadat we al lang
hele grote veranderingen in ons voedingspatroon hadden aangebracht. En
het is uit de archeologie bekend dat we na de introductie van de
landbouw korter zijn gaan leven.352 We werden ook korter, er stierven
meer kinderen, de infectieziekte namen toe (!), er kwam vitamine-D
gebrek (osteoporose en rachitis) en onze tanden gingen achteruit en nog
veel meer ellende zoals oorlogen en epidemieën. Dus die langere
levensverwachting slaat alleen maar op de periode na de introductie van
de landbouw. Dus of we langer leven als de mensen vóór
die tijd weten we niet.
En tenslotte het woordje ´veiliger´. Koken doodt veel
bacteriën. Maar hebben we die juist niet nodig om onze immuniteit
op peil te houden, te trainen? Zie hiervoor ook Kritiek no. 17. Maar
met onze huidige kennis kunnen we rauw eten net zo veilig maken als ons
huidige koken en eigenlijk veel veiliger als je al de giffen en
onbalansen die ontstaan door het koken erbij betrekt.
5. Kritiek: “Je moet eten wat er in jouw omgeving groeit.”
Antwoord: Dat idee is op zich heel goed omdat het uitgaat van het idee
dat we het beste kunnen leven van dat waar we op aangepast zijn. En het
is natuurlijk het meest ekologisch. In mijn geval zou dat dan Nederland
zijn. Maar in zo´n koud klimaat kom je er niet met de bessen en
de bladeren. Je moet wellicht beren vangen en wolven. Maar die zijn al
lang uitgeroeid. Herten dan? Krijg je problemen met de boswachter.
Moeilijk dus. Moet je een fabriekskip gaan eten omdat er geen wilde
kippen meer rondlopen?
Het argument is prima als we in de omgeving zouden wonen waar we door
de evolutie op aangepast zijn. Maar de mens heeft zich met zijn
verstand kunnen vestigen in gebieden waar dat niet het geval is en die
heeft hij bovendien aanzienlijk veranderd. Op de noordpool kun je
moeilijk spreken van een omgeving waar je als mens qua genen en dus
spijsverteringsstelsel op aangepast bent. Je kunt wel overleven zij het
dan met heel wat verstandelijk vernuft. Boten, harpoenen, iglo´s,
kleding, enz. maar ideaal is anders. Bovendien hoor ik dat argument
nooit als het gaat over tabak, thee, koffie of zelfs bananen uit de
tropen. Dat mag dan ook niet meer. Maar we kunnen wellicht wat we nodig
hebben toch ondergronds verbouwen. Zie ook hoofdstuk ´Hoe
verder´.
6. Kritiek: “Instinctief eten is in de rol van dokter gaan zitten.”
Antwoord: Instinctief eten geeft alleen een weg naar gezondheid. Er
wordt geen enkel recept gegeven. Behandelt dus niets. Dat doet het
lichaam zelf. Lopende behandelingen moeten dus ook nooit gestopt worden
zonder overleg met de behandelende arts. De weg naar gezondheid is niet
van vandaag op morgen afgelegd. Als het beter met je gaat zal de arts
de behandeling aanpassen.
7. Kritiek: “Dit is allemaal veel te moeilijk. Wie kan dat?”
Antwoord. Doet me denken aan het verhaal van de man in de boot die
zonk. Hij was 5 kilometer van de kust en het was slecht weer en het
water was koud en er kwamen daar haaien voor. Wat doe je dan? Zwemmen
toch?
Alles wat we nu kunnen bereiken maakt het makkelijker voor onze kinderen.
Bovendien kun je richting rauw gaan precies zover als je zelf wilt.
Stap voor stap. Bij elke stap gaat de kwaliteit van je leven omhoog en
kun je de volgende stap makkelijker aan.
8. Kritiek: “We zijn al zo ver van de natuur verwijderd, we
kunnen niet meer terug naar vroeger.” Antwoord. Klopt. Maar we
gaan dan ook niet meer terug naar vroeger. We gaan naar een nieuwe
betere situatie gebruik makend van onze huidige kennis. Dus er is geen
enkele reden om dan maar niets te doen. We zullen dus al uitproberend
altijd ons verstand moeten blijven gebruiken en het beste maken van de
situatie die we zelf gecreëerd hebben. Misschien gaan we wat
achteruit in kwantiteit maar we winnen heel veel in kwaliteit en daar
gaat het in het leven om.
9. Kritiek: “Iemand die zo bezig is lijdt aan Orthorexia!”
Antwoord: Orthorexia is obsessief of compulsief met perfect eten bezig
zijn. Zo dat je er ziek van wordt. Dat is lang niet altijd zomaar van
buiten te beoordelen. Je kunt niet zomaar in iemands hoofd kijken. Dan
moet je iemand vrij goed kennen wil je dat kunnen zeggen. Het wordt
veel te makkelijk gebruikt. Kijk eerst of iemand gezond is en normaal
kan functioneren voor je zoiets gaat roepen. Atleten, body-builders en
filmsterren zijn vaak ook obsessief met hun eten bezig maar dan zeg je
toch ook niet dat ze orthorexia hebben. Het gevaar voor orthorexia is
bij een dieet ook groter dan bij het volgen van je voedingsinstinct. In
het laatste geval moet het lichaam beslissen, niet de geest die
geobsedeerd kan raken. Als je goed instinctief eet is het juist een
bevrijding van allerlei obsessieve gedachten. Nooit meer hoeven
diëten. Mensen die voor instinctief eten kiezen zijn ook meestal
heel nuchter. Ze worden aangesproken door de logica en de
wetenschappelijkheid van de methode. Zie ook www.orthorexia.com waar je
ook een zelf-test kunt doen.
10. Kritiek: “Alle experts zeggen dat het niet kan.”
Antwoord: Vroeger zeiden de experts ook van alles wat niet klopte. De
aarde draait niet om de zon! De darmwandbarrière! Roken is niet
slecht voor de gezondheid! Hoe komt u erbij dat die allergie door eten
veroorzaakt zou kunnen zijn? Eten en ziekte hebben niets met elkaar te
maken. Verkeerde uitspraken om onwetendheid te verbergen zijn van alle
tijden. In dat verband is het leuk om te zien dat ze in Indonesië
nog niet zo ver zijn. Zo zei een van mijn zorg-kinderen eens:
“Maar mijn dokter zegt dat er geen verband is tussen voeding en
gezondheid.” Wat zeg je dan?
Inzichten veranderen. We moeten open blijven staan voor nieuwe
denkbeelden. Zelf nadenken. Niet alleen maar op experts vertrouwen.
Toen Darwin en Einstein hun nieuwe theorieën presenteerden zeiden
ook veel ´experts´ dat dat onzin was. We moeten uitzoeken
en verifiëren en niet torpederen.
11. Kritiek: “Instinctief eten is geen wetenschap.”
Antwoord: De kritiek betreft meestal het rauwe eten dat geen hechte
wetenschappelijke basis heeft en geen echte oplossing biedt. Maar
instinctief eten is niet een variant van rauw eten. Instinctief eten
heeft een wetenschappelijke basis. Het formuleert hypothesen die te
verifiëren en te falsifiëren (te testen op correctheid of
ondeugdelijkheid) zijn, een fundamenteel kenmerk. Zie voor de
hypothesen het hoofdstuk over Genetische Discordantie en het Nieuwe
Paradigma. Bovendien zijn deze hypothesen al lang overgenomen door
allerlei wetenschappers en worden volop getest hoewel vaak zonder dat
men in de gaten heeft dat de resultaten de hypotheses van de
instinctieve theorie onderschrijven. De instinctieve theorie is gewoon
een voortzetting van normaal wetenschappelijk denken en valt gewoon
binnen het totale wetenschappelijke kader.
Voorbeelden van te testen hypothesen? Als we een schoonmaakprogramma
doorlopen of vasten ontdoen we onszelf van stoffen door middel van
slijm, zweet en andere bekende kanalen. We kunnen die uitscheidingen
onderzoeken op welke stoffen dat precies zijn en wanneer die het
lichaam in kwamen. Is het zand in de ogen ´s morgens ook echt
zand of stof? Of komt het van binnen? Is er een verband tussen roken en
te weinig borstvoeding? En zo staan er vele te testen hypothesen in
mijn brief.
12. Kritiek: “Je kunt met eten toch niet alle wereldproblemen oplossen?”
Antwoord: Nee, dat is inderdaad wat te veel gevraagd. Eten is het
begin, de basis, het fundament van waaruit we werken. Zonder goede
brandstof komt de auto niet ver. Eten is het begin maar van daaruit
gaan dingen veranderen in ons en daardoor ook buiten ons zoals onze
relaties met anderen en onze samenwerkingsvormen. En de liefde die we
verloren zijn is het doel om terug te vinden. Dan wordt geluk mogelijk.
Zonder oorspronkelijk eten kunnen we het vergeten.
13. Kritiek: “Wat zie je er mager uit.”
Antwoord: Kijk eens goed naar degene die dat zegt. Grote kans dat die
veel te veel vet heeft op allerlei plekken. Als ik wel eens naar
marathonlopers kijk valt me altijd weer op hoe mager ze zijn. Ook de
bosjesmannen van de Kalahari woestijn die fenomenale prestaties leveren
op fysiek en gezondheidsgebied, zijn maar schriele mannekes. Ik denk
dat het andersom is. In het westen zijn we structureel te dik. Dat
verdoezelt het feit dat we nauwelijks spieren hebben. Mijn spieren
lijken weinig maar zijn uitermate gezond en krachtig. Kwaliteit in
plaats van kwantiteit. Zou je het overbodige vet weghalen bij de meeste
mensen zou je schrikken. Toch vind ik zelf ook dat ik te mager ben
omdat ik mijn hele jeugd in schoolbanken gezeten heb en nauwelijks de
kans heb gekregen om mijn lichamelijke mogelijkheden goed te
ontwikkelen. Dus ik ben er wel gevoelig voor. Maar het is een beetje de
splinter en de balk. En bovendien: hebben we niet een uitdrukking
´Mager en gezond!´
In de beginfase van de omschakeling is het sowieso ´eerst
opruimen dan opbouwen´. Bij mij duurde de eerste opruimfase
zo´n 6 maanden. Daarna begon ik weer op te bouwen (aan te komen
dus). Overigens is het zeker zo dat er in de rauwe voedsel wereld
mensen zijn die moeite hebben voldoende binnen te krijgen. Maar dat
zijn meestal veganisten die zich dus een hele grote categorie
calorierijk voedsel ontzeggen. Voor een totaal plantaardig dieet hebben
we ook niet de juiste genotypische en fenotypische gebits-structuur
meer. Dan moet je toch met super-rijk voedsel gaan werken. Verder
voeden veel rauwkosteters zich met inferieure producten. Groenten met
te weinig mineralen (te weinig wilde planten en kruiden), te veel
waterige vruchten.
14. Kritiek: “Bij de mens werkt het voedselinstinct niet meer.”
Antwoord: Nou en of dat het werkt. We eten ons te barsten aan vetten,
suiker, vlees, zoute happen, allemaal stoffen die in de natuur krap
voorhanden zijn en waar we van nature op gespitst zijn om ze binnen te
krijgen. En dat doen we dan ook. Bovendien eten we wat lekker is.
Waarom doen we dat dan? Omdat dat nu juist is zoals het instinct werkt.
Lekker betekent overleven. In een natuurlijke situatie dan. Het
betekent de juiste keus gemaakt hebben. Het is alsof het onbewuste
zegt: hoe kun je je door een andere keuze laten leiden dan dat het
lekker is? Denken erover is moeilijk doen.
Dat het instinct niet zo goed draait met welvaartsvoedsel is een ander
verhaal. De essentiële vraag bij instinct is of de
regelmechanismen functioneren. En dat doen ze maar met een verkeerde
programmering. Voedingsdeskundigen verwarren de verkeerde programmering
met het functioneren.
Ook het hele verschijnsel van verslaving is een bewijs van het
voedselinstinct. We raken verslaafd omdat het lichaam zegt: dit is wat
je moet hebben om te overleven.
Ook kun je zien dat het instinct nog werkt aan het feit dat we ondanks
de slanke lijn mode toch maar dikker en dikker worden. Liever lelijk
dan honger. Het voedingsinstinct is sterker dan onze ijdelheid.
15. Kritiek: “Als jagers/verzamelaars moesten leven van het rauwe
voedsel wat ze in hun omgeving kunnen vinden zouden ze
uitsterven.”
Antwoord: Dat zou goed kunnen en de reden daarvoor is waarschijnlijk
dat de huidige jagers/verzamelaars in de loop der duizenden jaren door
de meer kokende en ´ontwikkelde´ volkeren (lees: mensen met
geweren) verdreven zijn van de rijke gebieden en nu leven op de minst
interessante plekken zoals halve woestijnen. Rijkere grond is overal
´ingepikt´ om landbouw te bedrijven. Een andere reden kan
zijn dat door steeds grotere aanwezigheid van de mens veel interessante
dieren en planten zo sterk uitgedund zijn dat de huidige grote
aantallen mensen daar niet van kunnen leven. Denk aan de Dodo die nu
niet meer te eten valt.
16. Kritiek: “Het instinct werkt helemaal niet perfect. Dieren
zijn maar wat dol op gistende vruchten en eten daarvan tot ze
stomdronken zijn.”
Antwoord: Dat klopt. Het instinct is ontwikkeld in wisselwerking met de
natuur en werkt dus in principe alleen maar goed als die natuurlijke
omstandigheden aanwezig zijn. Vandaar het woord
´oorspronkelijk´ in de definitie. Een heel leuk voorbeeld
van hoe het heel vroeger al mis ging is de archeologische ontdekking in
Kenia van de 'Turkana vrouw´ van 1,7 miljoen jaar geleden. Zij
leed aan een ziekte die alleen maar door een te veel aan vitamine-A
ontstaat. Zo´n groot ´te veel´ is moeilijk
verklaarbaar tenzij we aannemen dat die vrouw veel te veel lever at. En
dat is heel goed mogelijk. De mens is bij tijden een heel succesvol
wezen geweest dat heel makkelijk dierlijke prooien kon verschalken. En
de lever is voor vrije dieren en ook de mens in die tijd, een
lekkernij. Dat is nu wellicht moeilijk voor te stellen maar voor iemand
die van jongs af aan opgroeit met een intact voedselinstinct (dus met
puur natuur eten) is rauw vlees een lekkernij, en zeker orgaanvlees. De
lever is een van de rijkste organen en daardoor zeer geliefd bij
natuurlijk levende dieren en mensen. Voor zo iemand misschien wat voor
ons chocola is. Die vrouw was wellicht de geliefde van een zeer
succesvol jager, een stamhoofd wellicht en ze was dol op lever. En hij
probeerde haar te behagen met al die lever. Zo kreeg ze met de beste
bedoelingen een overdosis lever, zoals wij te veel zout, en kreeg toen
die uitzonderlijke ´teveel´-ziekte zoals wij een hoge
bloeddruk.
Hier zien we dat het instinct niet gemaakt is voor een overdosis lever.
Net zoals wij niet gemaakt zijn voor zo veel zout in het eten dat
eigenlijk altijd lekker is omdat het in de natuur zo schaars is. We
moeten er dus toe aangetrokken worden. Ook een lever krijg je niet zo
makkelijk te pakken. Er is veel competitie. Maar om op die gistende
vruchten terug te komen: hoe natuurlijk is het dat vruchten zo lang
niet gegeten worden dat ze kunnen gaan gisten? In een normaal
natuurlijk evenwicht dat niet door de mens verstoord is zul je niet
gauw een gistende vrucht tegenkomen.
Het instinct is ook niet gemaakt om te functioneren in mensen die
allerlei emotionele tekorten hebben en dat compenseren door te veel te
eten of te veel alcohol drinken. Het instinct is dus geen oplossing
voor al onze problemen. Maar iets beters hebben we niet. Zolang we niet
weer natuurlijk genoeg leven zullen we die afwijkingen met verstand
moeten corrigeren.
17. Kritiek: “Van rauw eten word je ziek, het bevalt schadelijke
bacteriën, schimmels en natuurlijke afweerstoffen.”
Antwoord: Eerst de Bacteriën: Klopt als je het hebt over
(bio)industrieel eten dat weinig natuurlijks meer over heeft. Je moet
je dus afvragen waar die bacteriën vandaan komen en waarom er
zoveel van in dat vlees zitten. Het vlees is ongezond (de gedode
industrie-kippen en varkens en zo dus) en daar kunnen bacteriën
zich heerlijk snel in vermenigvuldigen. Bij vlees of eieren van wilde
dieren overkomt je dat veel minder snel. Die hebben een intact
natuurlijk afweer systeem en de bacteriën daarin blijven beperkt
tot een natuurlijke hoeveelheid. Verder wen je aan dat soort
bacteriën als je ze van jongs af aan vaker binnenkrijgt via levend
voedsel en kun je ze veel makkelijker aan ook al omdat je veel gezonder
bent als je meer oorspronkelijk voedsel eet.
Dan de schimmels. Zelfde verhaal eigenlijk. Bovendien proeft je lichaam
die schimmels en die bacteriën als het er te veel zijn en het
instinct geeft dat perfect aan. Het is vrijwel onmogelijk om een
bedorven stuk vlees op te eten, dat ruik je en proef je onmiddellijk.
Het probleem ontstaat wel als je gaat mengen. Met camouflerende sausjes
kun je toch bedorven rauw voedsel binnenkrijgen maar dat geldt precies
zo voor verhit voedsel zoals uitgebreid besproken.
Aan de natuurlijke afweerstoffen van planten zijn we biologisch
aangepast. Weer hetzelfde verhaal. Ons instinct geeft aan wanneer het
genoeg is. Bovendien kweken we tegenwoordig soorten waar dat gif
veel minder in voorkomt zoals bijvoorbeeld de bitterheid van de witlof
die bijna weg is.
18.Kritiek: “Een voeding zonder melkproducten en tarwe is ongebalanceerd en gaat tekorten opleveren.”
Antwoord: Dat doet de huidige voeding juist, tekorten opleveren.
Jodium, foliumzuur, vitamine-D en noem ze maar weer op. Die we daarom
kunstmatig (aan ons eten) toevoegen. Maar los daarvan zou het heel
vreemd zijn omdat er op aarde heel wat volkeren zijn die geen melk en
tarwe gebruiken. Zoals de Okinawa´s een volk op een eiland bij
Japan. Ze staan bekend om hun hoge percentage 100-jarigen en zijn
opmerkelijk gezond. En in onze evolutie zijn melk en tarwe pas 10.000
jaar aanwezig. Zouden al die mensen daarvoor allemaal tekorten gehad
hebben? Archeologisch onderzoek wijst het tegenovergestelde uit.
19. Kritiek: “Je kunt toch niet zomaar gaan experimenteren met onze kinderen, ons nageslacht!”
Antwoord: We doen op dit moment niets anders. Onze kinderen zijn op dit
moment slachtoffers in een wereldwijd junk-food experiment dat op dit
moment aardig uit de hand aan het lopen is.
20. Kritiek: “De mens is afgeweken van zijn vegetarische wortels
en is vlees gaan eten. Is dat niet de oorzaak van de zondeval?”
Antwoord: Er is geen enkel biologisch feit dat deze veronderstelling
rechtvaardigt. Er is niets mis met rauw vlees van wilde dieren. Ook
lichamelijk blijken we daar prima op aangepast. Ja, we hebben het zelfs
nodig om goed te functioneren (vitamine B12 onder andere). De problemen
begonnen overduidelijk met de komst van de landbouw en de veeteelt. Het
kan best zijn dat de mens niet geheel (!) aangepast is aan het eten van
het vlees van wilde dieren en zeevruchten/vissen, dat is een hypothese
die misschien onderzocht kan worden. En als er dan een probleempje zou
zijn dan wil dat nog niet zeggen dat we dat dan maar gelijk helemaal
niet meer zouden moeten eten. De problemen zouden dan wel eens veel
erger kunnen worden, zoals we nu ervaren overigens. We zijn hoe dan
ook, hoewel dan misschien geen 100% dan toch zeker voor een heel groot
deel, gemaakt om een flinke portie van ons eten in de vorm van
dierlijke eiwitbronnen tot ons te nemen. Of je dat dan ook moet doen is
een persoonlijke keuze. Kies je om weinig of geen dierlijke producten
te eten eet dan veel gekiemd voedsel en zeewieren.
21. Kritiek: “Je zegt zelf dat je vaker ziek bent.”
Antwoord: Ja, dat klopt. Ik schat dat ik 4 keer per jaar een kleine
schoonmaakperiode heb. Maar als ik ziek ben voel ik me nog altijd beter
dan toen ik niet ziek was en nog gangbaar at. Als ik het niet zou
zeggen (mag ik ook eens een keertje klagen?) zou niemand het merken. Ik
kan gewoon doorfunctioneren. 2 van die 4 keer hebben trouwens meer te
doen met de zware werklast die ik over me heen krijg als ik terug in
Nederland kom. Ik krijg dan na een paar dagen post doorwerken en
´trouble shooting´ een stevige hoofdpijn die me dwingt om
het een dagje rustiger aan te doen en bij te slapen. Maar verder is
niemand perfect. Ik ben ook nog steeds aan het bijleren.
22. Kritiek: “De mens gebruikt misschien al 1,8 miljoen jaar het
vuur. Hij zal dus zeker gedeeltelijk aangepast zijn aan dat
koken.”
Antwoord: Er zijn vuurplaatsen ontdekt van 1,8 miljoen jaar oud. Dat
wil niet zeggen dat alle mensen toen al vuur gebruikten. Dat is
waarschijnlijk pas vanaf 250.000 jaar geleden. En dat laatste wil ook
niet zeggen dat hij toen al kookte en al helemaal niet dat hij veel
kookte. Antropologen schatten dat moment van algemeen koken op 40.000
jaar geleden. En het zal een heel geleidelijk proces geweest zijn. Maar
hoewel we straks ongetwijfeld zullen ontdekken wanneer de mens precies
voor het eerst begon te koken en hoeveel dan wel is dat eigenlijk niet
belangrijk. Het koken op zich is zo´n grote verandering dat we
daar onmogelijk snel op aangepast kunnen raken. Het hele
voedingsinstinct raakt uit balans. Hoe meer je bewerkt hoe moeilijker
de aanpassing. Er komen duizenden nieuwe stoffen in het lichaam die
allemaal hele nieuwe enzymen nodig hebben om goed verteerd te worden.
Dat vergt hele grote mutaties die ook nog eens op de rest van het
lichaam afgestemd moeten zijn. En dat kost heel veel generaties om die
te verspreiden. Experts kunnen waar wellicht schattingen van maken maar
zo op gevoel zeg ik dat dat honderdduizenden generaties kan duren als
het überhaupt al kan. Het is eerder zo dat de mens daardoor een
goede ontgifter is geworden. Er is selectie geweest op
schoonmaak-principes die al in het lichaam aanwezig zijn. De beste
ontgifters overleefden het best. Maar dat is iets anders dan aan koken
´aangepast zijn´. Het blijven giffen die blijven storen en
een beroep doen op energie die ook ergens anders voor gebuikt zou
kunnen worden.
En bovendien getuigt het meer van het succes van de menselijke soort
dat hij die vroege aanslagen allemaal goed doorstaan heeft zoals de
huidige jagers/verzamelaars dat nog doen.
En zelfs als (let wel ´als´) de mens al (een beetje) kookt
sinds hij zijn (bijna) definitieve vorm bereikte353 dan is het
nóg veel beter om er verder vanaf te zien. We hebben
tegenwoordig de mogelijkheden om ook zonder de hulp van het koken,
natuurlijk supervoedsel voor ons superbrein binnen te krijgen.
23. Kritiek: “De mens kan zich heel snel aanpassen aan een
voedselverandering. Kijk maar naar hoe snel de mens zich aan het
verteren van melk heeft aangepast.”
Antwoord: De mens is prima aangepast aan het verteren van melk maar dan
van de melk die hij van zijn moeder krijgt. In dit geval spreken we dus
van een aanpassing aan een gedeeltelijk nieuw voedingsmiddel, namelijk
koemelk. Maar voor een deel van die vertering is dus alleen maar een
verlenging in de tijd van het vermogen om bepaalde stoffen daarin te
verteren nodig. Dat is relatief makkelijk. En verder is het zo dat
blijkt dat een flink deel van de bevolking er niet tegen kan
(koemelk-allergie) en dat de mensen die er wel tegen kunnen er wel
moeite mee hebben omdat ze in hun bloed heel veel antistoffen aanmaken
tegen de koemelk. Het is misschien eerder een beter tolereren en beter
ontgiften dan beter verteren. En het ultieme bewijs dat er geen echte
aanpassing is, is natuurlijk dat mensen die stoppen met melkproducten
opmerkelijke verbeteringen in hun gezondheid zien.
24. Kritiek: “Jagers/verzamelaars koken ook een groot deel van
hun voeding en die hebben niet al die welvaartsziekten. We hoeven het
koken dus niet op te geven om gezond te worden.”
Antwoord: Het klopt dat er allerlei stadia zijn van waar je meer of
minder gezond bent. En helaas zijn er geen volkeren meer waar niet
gekookt wordt dus kunnen we niet zien hoe de natuurlijke mens eruit kan
zien. Maar het is zeer waarschijnlijk dat ook die jagers/verzamelaars
veel van hun oorspronkelijke gezondheid zijn kwijtgeraakt. Van het
voedingsinstinct wordt niet optimaal gebruik gemaakt. Er komen heel
veel onnatuurlijke moleculen het lichaam binnen die opgeruimd moeten
worden.
En daar zijn ook aanwijzingen voor. Ook jagers verzamelaars krijgen
soms tweelingen, krijgen kinderen te snel na elkaar. Hebben vaak
slechte contacten met hun buren. Worden waarschijnlijk veel minder oud
dan ze zouden kunnen. En de basis van het verhaal is dat we genetisch,
lichamelijk dus, niet aangepast zijn aan het koken. En dat geldt voor
elke mens. Ook zij hebben alleen maar te winnen bij zuiverheid.
25. Kritiek: “Als dit dieet zo goed is waarom winnen rauwkost-eters dan de olympische spelen niet?”
Antwoord: Leuke vraag. Daar zijn meerdere redenen voor. Allereerst
hebben jongeren/mensen die rauw eten helemaal niet zo´n sterke
behoefte aan topsport en de training die daarbij hoort. De aan het
fanatieke grenzende motivatie die daarvoor nodig is, een soort diep
verlangen naar erkenning, ontbreekt.
Maar een tweede belangrijke reden is dat gekookt eten tot op zekere
hoogte een voor-vertering heeft ondergaan en het ons mogelijk maakt om
veel calorieën ineens op te nemen waardoor het mogelijk wordt om
te ´exploderen´. Denk aan de suiker-kick. Het is of we
allemaal op doping leven. Bovendien is de schade in de jeugd door
giftige moleculen in het lichaam nog niet zo groot dat het
topprestaties verhindert. Zeker niet bij topsporters die al van jongs
af aan trainen en daardoor met grote regelmaat een schoonmaak
(uitzweten) hebben ondergaan. Een voorsprong in schoonmaak die meestal
ongedaan wordt gemaakt door de zware sport-belasting en door na hun
carrière even veel te blijven eten als ze gewend waren of zelfs
nog meer. Zie Nadia Comaneci. En verder zijn er nog erg weinig mensen
die zo eten dus is het even wachten totdat er voldoende rauwe eters
rondlopen en dan kijken wat die presteren.
26. Kritiek: “Ach je moet toch ergens aan dood gaan!”
Antwoord: Meestal is dit een reactie op een suggestie om wat aan je
leefstijl te verbeteren. Stop met roken of met te veel zout eten.
Meestal hoort de luisteraar alleen het verbod. Het zou ook beter zijn
te zeggen: als je stopt met roken kun je tien jaar langer in veel
betere gezondheid leven. Of dat je dan veel minder kans maakt op een
hartaanval. Dan kom je bij de essentie uit.
Het gaat namelijk om de kwaliteit van leven. Niet alleen dat van jou
maar ook dat van anderen. Roken, hebben we ontdekt, zorgt ervoor dat
anderen meeroken. Een serieus probleem. Dus ook de kwaliteit van het
leven in je omgeving gaat erop vooruit. En in het geval van te veel
zout: als jij iets met je hart krijgt lijdt je directe omgeving met je
mee. Opzoeken in het ziekenhuis, je familie die zich zorgen maakt. En
voordat je sterft heb je talloze mensen belast met jouw ziekten en
lijden.
Maar het gaat nog verder. Het ongeboren leven heeft er ook last van. Je
vervuilt de lucht van de moeder als ze zwanger is maar je maakt ook je
omgeving vervuilder waar je nageslacht leeft. En tenslotte maak je kans
groter dat je je eigen genen beschadigt (in je spermacellen) en dat je
daardoor minder goed nageslacht krijgt.
27. Kritiek: “Maar hoe moet dat dan met de economie en de banen?”
Antwoord: In 1900 was 70% van de Nederlandse bevolking boer. Nu minder
dan 2%. En dat proces gaat nog elke dag verder. Heeft iemand daar een
probleem van gemaakt? Ja, er gaan dingen veranderen maar er veranderen
nu al elke dag immens veel dingen (digitale revolutie) en miljoenen
mensen in de derde wereld leiden honger of armoede. Dat zal dan
eindelijk kunnen veranderen. Het gaat nu niet om een paar banen meer of
minder maar om de toekomst van de menselijke soort.
28. Kritiek: “Dieren rennen toch ook niet van boom tot boom om te
ruiken wat voor hen het beste voedsel is; dat geruik van die
instincto´s is alleen maar eetlust opwekken.”
Antwoord: Dieren ruiken inderdaad alleen aan hun voedsel om te
controleren of het in goede staat verkeert en of het overeenkomt met de
innerlijke keus die ze al gemaakt hebben. Als mensen weer natuurlijk
leven zullen ze hun neus ook op die manier gebruiken. Maar zolang we
nog vol zitten met onnatuurlijke programmeringen is het een geweldig
hulpmiddel om de optimale keus te maken uit het aanwezige voedsel. In
Frankrijk is de methode daarom heel lang Instincto-therapie genoemd.
Maar het (tijdelijke) woord therapie doet geen recht aan het
fundamentele van de methode.
29: Kritiek: “Onze voorouders werden niet oud genoeg om onze westerse beschavingsziekten te krijgen.”
Antwoord: Deze kritiek is al uitgebreid weerlegd in de brief maar omdat
hij zo vaak terugkomt noem ik hem toch even. De praktijk laat zien dat
dit niet zo is. Er zijn genoeg oude jagers/verzamelaars om een goede
vergelijking te kunnen trekken. Bovendien weten we niet welke leeftijd
onze voorouders bereikten nadat ze volwassen waren geworden.
30. Kritiek: “De westerse beschavingsziekten komen niet door de
verkeerde dingen te eten maar door te veel van goede dingen te eten en
te weinig te verbranden.”
Antwoord: Ook deze kritiek is uitgebreid in de brief beantwoord maar
ook hier weer een weerlegging voor de volledigheid. Er zijn zoveel
studies die een verband aantonen tussen de ziekten die we hebben en het
soort voedsel dat we eten (tarwe&coeliakie, verkeerde
vetten&hart- en vaatziekten, kleurstoffen&ADHD) dat we moeten
concluderen dat wat we eten wel degelijk van belang is.
31: Kritiek: “Misschien hoeven we niet evolutionair aangepast te
zijn aan het nieuwe eten. Kunnen we daar vanzelf goed mee overweg. We
zijn tenslotte goed aangepast aan een hoop natuurlijke giffen in ons
eten.”
Antwoord: Dit zou een redelijk argument zijn geweest toen de theorie
van de Genetische Discordantie pas gelanceerd werd. Maar de bewijzen
dat we niet aangepast zijn stapelen zich nu zo huizenhoog op dat deze
visie nergens heen gaat en dus zinloos is. Bovendien waren we aangepast
aan een situatie met instinct. De situatie zonder instinct is totaal
anders. Geen stop meer, andere verhoudingen, tekorten en tevelen.
32: Kritiek: “Diëten die voornamelijk een plantaardige basis
hebben zoals het mediterrane dieet, blijken gezonder dan die welke veel
vlees bevatten, dus weg met dat vlees.”
Antwoord: De vlees-kwestie is uitgebreid besproken in hoofdstuk 20.
Voor de volledigheid: ons huidige vlees is levensgevaarlijk en
verschilt ongelooflijk veel van het oorspronkelijke wilde vlees. Niet
alleen in samenstelling (% vetten) maar ook in gif-inhoud. De
gemiddelde Amerikaan krijgt op dit moment per dag 300-500 keer de
maximaal veilige dosering dioxine binnen door vleesconsumptie
(voornamelijk door het meegegeten vet daarin). Wordt er oorspronkelijk
vlees gegeten, luisterend naar de natuurlijke impulsen, dan vallen deze
bezwaren weg. Bij het gezonde mediterrane dieet wordt veel vis gegeten.
Veel hangt af van het percentage goede en slechte vetten in het eten.
33. Kritiek: “Als die jagers/verzamelaars de beschikking hadden
over een supermarkt dan zouden ze geen dierlijke producten kiezen zodat
er geen dieren gedood hoeven te worden.”
Antwoord: Jagers/verzamelaars hebben meestal een veel grotere keuze aan
voedsel dan wij. Desondanks kiezen ze voor de vaak moeilijke jacht op
dierlijk eiwit omdat ze aanvoelen dat ze dat nodig hebben.
34. Kritiek: “Dat gaat een mooie boel worden als iedereen maar in het wilde weg zijn instincten gaat volgen.”
Antwoord: Dat is nu precies wat er op dit moment gebeurt. Zonder dat we
goed begrijpen wat er aan de hand is volgen we onze uit de hand gelopen
instincten: verslavingen, tekorten, vergiftigingen, seksuele
aberraties, machtswellust en alle gevolgen die dat voor onze planeet
heeft. Wolfgang Wickler, Frans de Waal en anderen hebben juist laten
zien dat in de natuur van de mens alles ingebouwd is om ons gedrag in
goede banen te leiden. We zijn van nature goed. De basisregels (zoals
de 10 geboden) zitten in ons. Bovendien is het alles wat we hebben. Ons
verstand, onze trouwe super-dienaar, is niet in staat om de rol van
onze instincten, onze basisprogramma´s, over te nemen. Het kan
wel de instincten de mogelijkheden verschaffen om weer goed te gaan
functioneren. Dus we gaan niets in het wilde weg doen maar onze
basisprogramma´s herstellen die juist ons op dit moment uit de
hand gelopen gedrag in goede banen gaan leiden. Instinctief eten
betekent je instinct gebruiken als je kiest uit oorspronkelijk voedsel.
35. Kritiek: “Koken is gewoon een logisch vervolg op het streven
van primaten om steeds meer controle over hun omgeving te krijgen en
heeft niets met verslaving te maken.”
Antwoord: Koken maakt eten over het algemeen minder lekker en vandaar
dat we met sauzen, kruiden, zout, recepten enz. enz. werken. De reden
dat we die resultaten van onze kookexperimenten blijven gebruiken is
hun verslavende werking en het feit dat rauw voedsel daardoor minder
interessant wordt. Anders zouden we er nooit al dat werk voor over
hebben. Eerst werd er gekookt en vervolgens moesten die drugs (granen,
melk) in steeds grotere hoeveelheden geproduceerd worden om aan de
collectieve verslaving te voldoen. Je hebt dan minder controle over je
omgeving omdat je afhankelijk wordt van goede oogsten. Dit blijkt ook
uit opgravingen. De voedselstress (tijden van tekorten, afleesbaar aan
de opgegraven botten) begon na het begin van de landbouw.
36. Kritiek: “Met rauw eten kun je niet de hele wereldbevolking voeden.”
Antwoord: Dat kunnen we op dit moment juist niet. Kijk naar al de
hongersnood op de wereld. Er is nu al genoeg voedsel voor de hele
wereldbevolking maar we kunnen het niet eerlijk verdelen. En als we
minder vlees gaan eten krijgen we helemaal overschotten van alles en
nog wat. Laat staan dat we al die tabaksplantages, theeplantages,
koffieplantages, cola-bladeren plantages, hennepplantages en noem het
allemaal maar op, gaan vervangen door echt voedsel. En dan hebben we
het nog niet eens gehad over het eten van insecten ☺ In feite zal het
tegenovergestelde gaan gebeuren. Er zal eindelijk eens een tijdperk van
overvloed voor iedereen aanbreken.
37. Kritiek: “De mens had zich zonder koken nooit buiten de gebieden rond de evenaar kunnen vestigen.”
Antwoord: De Neanderthaler heeft tienduizenden jaren in Europa en
Azië rondgetrokken zonder koken. Ook zijn mensen zonder te koken
via de Beringstraat (Noord-Azië) naar Canada en Noord en
Zuid-Amerika kunnen trekken. Inuït/Eskimo´s konden vroeger
prima zonder koken. Sommige groepen aten al 70% rauw en daarvan hadden
ze zonder problemen 100% kunnen maken.
38. Kritiek: “Als je nu met iets echt lekkers kwam dat rauw is
dan zou ik het wellicht overwegen maar jullie rauw eten verliest het
steeds van dingen als koekjes met chocolade en frites of een glas wijn.
Ik wil een bepaalde mate van plezier in mijn leven hebben en niet
steeds afzien.”
Antwoord: Deze kritiek is niet eerlijk omdat je twee dingen met elkaar
vergelijkt die niet te vergelijken zijn. Namelijk drugs en echt
voedsel. Heroïne is ook lekkerder dan een appel. Brood, wat geen
smaak heeft wordt ook lekker gevonden. Zelfs zoiets smerigs als een
sigaret wordt lekker gevonden. Lekker is in de gekookte wereld helaas
geen criterium meer. Zeggen dat een koekje lekkerder is dan een vrucht
is dus hetzelfde als zeggen dat een glas whisky lekkerder is dan een
boterham. Het kan best zijn dat jij dat lekkerder vindt maar het is een
verslaving.
Verder verandert de smaak (zie hoofdstuk 11) en kunnen appels en
mango´s en zo ook ´verslavend´ lekker worden en kun
je met eten wat je vroeger maar zozo vond nu verrukkelijke fasen
beleven die je niet voor mogelijk hield en waardoor je echt niet meer
terugverlangt naar het gekookte eten. Maar je moet jezelf dan wel de
omschakelingsperiode daarvoor gunnen. Minimaal een maand en dan gaat
het vanzelf steeds beter. Eigenlijk is deze kritiek het hele menselijke
dilemma in een notendop.
39. Kritiek. “Als we allemaal rauw gaan eten worden we weer even
dom als al die primitieve volkeren. Wij in het westen worden steeds
slimmer, onze prestaties op IQ testen gaan steeds omhoog.”
Antwoord: De feiten laten het tegenovergestelde zien. Als je leeft
onder ´die domme volkeren´ dan merk je dat die mensen even
slim zijn als jij. Ze hebben alleen minder parate kennis en hebben niet
geleerd te denken zoals westerlingen. Maar dat kunnen ze wel degelijk
blijkt als je hen wegplukt uit hun dorp en ze een opleiding in het
westen geeft. De reden dat ´wij in het westen´ een veel
verder ontwikkelde cultuur hebben opgebouwd heeft waarschijnlijk veel
meer met het klimaat te maken. De oplossingen die je moet vinden om je
in een koel of zelfs koud klimaat te handhaven dagen het verstand uit
om oplossingen te zoeken en dus werktuigen te ontwikkelen, Vandaar dat
we in plaats van ´westerlingen´ eigenlijk beter kunnen
zeggen ´wij in het noorden´.
Verder laten ´rauwe kinderen´ zien dat ze even slim zijn
als andere kinderen. Ze zijn echter vaak gevoeliger en hebben vaker
moeite op te groeien in een zo harde wereld dus zeker om mee te doen
aan de rat race. Wat het IQ betreft zijn de testen typische westerse
uitvindingen die horen bij een bepaald type bewustzijn dat maar goed is
op een heel beperkt gebied. Net als alle Balinezen geweldig lieve
mensen waren, warm, sociaal, gastvrij en open en getalenteerde
kunstenaars maar vast en zeker slecht hadden gepresteerd op IQ tests.
Zo ontwikkelen wij ons in het westen ons op een steeds smaller gebied
steeds beter.
40. Kritiek: “Maar als je alles los eet dan profiteer je niet van
de optimale combinatie van allerlei basis-moleculen zoals allerlei
essentiële eiwitten.”
Antwoord: De moderne voedingswetenschap heeft aangetoond dat het
lichaam prima in staat is om eiwitten tijdelijk op te slaan zodat ze
met een latere maaltijd tot volledig bruikbare eiwitten gecombineerd
kunnen worden. In dit geval is het instinct ook weer een waardevol
hulpmiddel om aan te geven welk voedingsmiddel daarvoor optimaal is.
41. Kritiek: “Zo eten is toch helemaal niet gezellig, Onze hele sociale eetcultuur gaat verloren.”
Antwoord: Er hoeft helemaal niets te veranderen aan onze eetcultuur. Je
kunt heel gezellig samen rauw eten in rauw-eten restaurants en ook
thuis. In feite worden de mogelijkheden om sociaal samen iets te doen
alleen maar groter. Je kunt ook samen in de natuur eetbare planten en
vruchten gaan zoeken en ze daar gezellig samen opeten. Een picknick
zonder voorbereid eten wat je van huis moet meeslepen en zonder veel
(plastic) afval.
42. Kritiek: “We eten allemaal onrijp geplukte vruchten en
groenten die bij lange na niet de mineralen en vitaminen hebben die ze
vroeger hadden. Het is met zo´n dieet niet mogelijk om zonder
aanvullingen voldoende binnen te krijgen. Je hebt geen energie, voelt
je niet sterk.”
Antwoord: Dit soort uitspraken komt meestal van mensen, die alleen de
vegetarische/veganistische insteek kennen of zo eten. Ik hoor het vaker
van rauwkosteters uit de VS. Iemand die ook vlees,vis, eieren e.d. in
zijn voeding opneemt (onbewerkt natuurlijk) zal niet gauw tekorten
oplopen. Maar feit blijft inderdaad dat we de mineralenrijkdom, of
beter armoede, goed in de gaten moeten houden. Een oplossing hiervoor
is een groot aandeel kiemen in je voeding opnemen omdat die uiterst
rijk zijn aan allerlei waardevolle stoffen. Ook die kun je op instinct
kiezen.
43. Kritiek: “Ja, maar een rauwe eters die ik ken kreeg overal
rode uitslag en een instincto die ik ken at 2 kilo bananen achter
elkaar op !”
Antwoord: Ik hoorde van een gekookte eter die een liter wijn per dag
dronk. We komen allemaal uit gekwetste nesten. Vol tekorten en met onze
onzekerheden. Dat kan allemaal meespelen. Laten we de bal spelen en
niet de persoon. Oftewel ons oordeel niet laten bepalen door een
individueel geval. Maar het gebeurt inderdaad wel dat er hoeveelheden
van iets worden gegeten die voor een niet-instincto onvoorstelbaar
zijn. Zoals een vriend van me die 7 grote avocado´s achter elkaar
op kon. Ik kan er zelf ook wat staaltjes van vertellen zoals 2 kilo
sirikaya´s achter elkaar of 12 doerians op één dag.
Het criterium is: gaf het een goede vertering? En wat te denken van het
jongetje dat een hele maand lang voornamelijk bananen at? Maar hij
genas in die periode wel mooi van een hersenvliesontsteking. Dus bij
eten is het de kwaliteit die telt en niet de kwantiteit. En voor
resultaat moeten we kijken naar grote groepen en niet naar een
individueel geval.
44. Kritiek: “Waarom liggen er geen levende dieren op je bord?”
Antwoord: Dat zou inderdaad beter zijn. Zo zou het ook beter zijn om
een appelboom naast de ontbijttafel te hebben staan. Het is alleen erg
onpraktisch allemaal. Veel instinctieve eters ontdekken dat ze een veel
betere vertering hebben als ze bewegen tijdens het eten in plaats van
onbeweeglijk aan tafel te zitten. Net zoals je in de natuur actief
bezig bent met je eten en het niet allemaal opgediend krijgt. We leven
op dit moment echter met die culturele beperkingen.
Maar de vraag komt van een veganist. En de bedoeling is te zeggen dat
als je een levend dier moet doden je geen vlees meer zou eten. Dat
geldt zeker voor veel huidige mensen. Maar hoe de natuurlijke mens
daarmee om zou gaan is nog maar de vraag.
45. Kritiek: “Er is een onderzoek dat zegt dat je met 6 tot 7 uur slaap langer leeft.”
Antwoord: Naar slaap is weinig onderzoek gedaan. Het is gevaarlijk
één onderzoekje dat vooralsnog in geen enkel patroon past
en weinig logisch is, op te blazen. Het kan heel goed zijn dat er
andere verklaringen zijn zoals zo vaak in het oude paradigma. Het kan
bijvoorbeeld zijn dat gezonde mensen - die dus ouder worden - met
minder slaap toe kunnen. Wellicht waren ze nog ouder geworden met meer
slaap. Of wellicht deden deze mensen vaak een middagdutje of konden ze
in de weekenden goed herstellen. Wie weet verder wat die mensen missen
aan geestelijke groei als ze wel langer zouden slapen. En verder: waren
het allemaal mensen met blanke huid die dus gedeeltelijk aangepast zijn
aan lange dagen (en dus korte nachten) in de zomer? Waren er zwarte
mensen bij? Ik las net weer een over een Amerikaans onderzoek354 dat
liet zien dat mensen die minder dan 7 uur slapen 3x zo vatbaar voor
verkoudheid zijn als mensen die meer dan 8 uur slapen. Het veiligst
lijkt me bij nog niet voldoende informatie om ons aan het natuurlijke
te houden waar we mee geëvolueerd zijn.
46. Kritiek: “Met koken kun je in één uur eten wat
apen in 4 tot 5 uur eten. Dat is vooruitgang en de reden dat de mens
cultuur heeft kunnen scheppen.”
Antwoord: Dit is om meerdere redenen geen goede vergelijking. Je
vergeet namelijk de tijd die je in koken steekt mee te tellen. En
verder de tijd die je in ziekte en ander lichamelijk ongemak steekt.
Maar ook eet de mens niet wat andere mensapen eten. Juist in samenhang
met zijn grotere brein is hij hoogwaardiger voedsel gaan eten.
Vergelijken met mensapen kan dus niet zomaar. Bovendien kan de mens
tegenwoordig ook met rauw eten in weinig tijd klaar zijn met zijn eten.
Ook dankzij al onze apparatuur en door-geselecteerde voedingsmiddelen.
Rauw eten is in die zin geen achteruitgang meer, het kan zó
klaar zijn. Het blijkt zelfs een vooruitgang te zijn op de huidige
manier van voedsel produceren omdat het veel werk uitspaart dat we nu
niet zien: bij het vervoer, in de voedingsindustrieën en in de
restaurants.
47. Kritiek: “Rauw eten is moeilijker te verteren vandaar dat je
afvalt. Dat is geen vooruitgang maar een achteruitgang.”
Antwoord: Het eerste deel van de kritiek is meer een constatering die
waar zou kunnen zijn. Anderzijds zijn we aangepast aan die - wellicht
– moeilijker vertering en kunnen we er prima mee overweg. Maar
veel belangrijker is dat we met die – misschien – zwaardere
vertering wel alle vezels binnenkrijgen die we nodig hebben en geen
onnatuurlijke stoffen of te veel van dit en te weinig van dat. Dan
krijgen we precies genoeg binnen. Is ´meer´ beter dan
´genoeg´?
Je kunt in een benzinemotor een nieuwe super-brandstof stoppen maar als die de motor opblaast.....
48. Kritiek: “Toen de ontdekkingsreizigers natuurvolkeren
ontdekten stierf 60% van hen aan onze infectieziekten terwijl die
volkeren veel natuurlijker leefden. Hoe verklaar je dat dan ?”
Antwoord: Een soort leeft meestal in een begrensd territorium. Binnen
bepaalde natuurlijke grenzen. Daar is hij in evenwicht met de aldaar
bestaande bacteriën en virussen. De mens is echter zo´n
goede aanpasser dat hij over zowat alle grenzen kon gaan, zoals kou en
andere klimaten, en zich kon vestigen ver van zijn oorspronkelijke
locatie en soortgenoten vandaan. Daardoor kwam hij andere en nieuwe
bacteriën(variaties) tegen en wellicht andere virussen (bij de
orang oetan bijvoorbeeld in Azië). Daaraan zullen zeker wel wat
vroege mensen overleden zijn. Ook konden op die verschillende plekken
(Australië en Europa bijvoorbeeld) verschillende nieuwe virussen
en bacteriën zich ontwikkelen. Door die verschillende locaties
ontstonden mensenrassen. Kwam tienduizenden jaren later een ras dan
weer in contact met een ander ras (Europeanen met Zuid-Amerikanen) dan
kwamen de nieuwe virussen en bacteriën waar nog geen resistentie
tegen ontwikkeld was mee en richtten in één keer een
slachting aan. Bovendien doe je de meeste resistentie op als je nog
jong bent en je immuunsysteem nog sterk is. Nu kwamen de volwassenen
direct in contact met de nieuwe ziekteverwekkers.
En dan komt natuurlijk ook gelijk de vraag: Waarom stierven de
Europeanen niet bij de bosjes? Allereerst deden ze dat ook. De
middeleeuwse pest waaraan een derde van de Europese bevolking is
bezweken is zeer bekend. Maar er zijn talloze andere epidemieën
geweest. Dat heeft er waarschijnlijk mee te maken dat de Europese
bevolking de eerste was om andere volkeren te gaan verkennen en
overheersen en dus al vrij veel in contact geweest was met andere
virussen en bacteriën. Wij waren dus al gepokt en gemazeld ☺ toen
we veel geïsoleerde volkeren ´ontdekten´. Die moesten
daar toen acuut doorheen.
Ook waren de Europeanen verder met bewerken van voeding (mede vanwege
al die ontdekkingsreizen) en dus met het introduceren van nieuwe giffen
en daardoor kregen bacteriën en virussen een grotere voedingsbodem
in de Europese bevolking en konden zich daar sneller vermenigvuldigen
en meer varianten produceren. Waaronder soms gevaarlijke. Dit is een
mooi voorbeeld van co-evolutie. Het samen evolueren en een steeds nieuw
evenwicht in stand houden. Deze nieuwe virussen en bacteriën
werden dan meegenomen naar stammen die veel gezonder leefden en waar de
virussen en bacteriën veel minder kans gehad hadden om zich te
vermenigvuldigen. Hetzelfde probleem zie je bij Chimpansees die ook
gevoelig zijn voor
menselijke virussen en die soms gemene virussen krijgen (zoals polio)
die zich bij de mens lekker hebben kunnen ontwikkelen. Natuurvolkeren
kregen dus een dubbele klap te verwerken. Virussen van over de hele
wereld (verzameld in de ondertussen resistente Europeaan) kwamen binnen
en zelf hadden die volkeren door hun natuurlijker levensstijl veel
minder van die nieuwe varianten van virus en bacterie ontwikkeld.
Hadden ze rauw gegeten waren er veel minder mensen bezweken. Ik zeg
minder omdat er ook bij chimpansees apen zijn die bezwijken aan het
polio virus als
ze dat via de mens oplopen. Maar weinig (gelukkig).
49. Kritiek: “In veel streken leven toch al mensen die over de
100 jaar oud worden. Waarom niet gewoon weer eten als die mensen?”
Antwoord: Omdat je dan voor 130 tot 150 jaar gaat in een nog betere
levenskwaliteit. Bovendien omdat je dan veel makkelijker de hogere
spirituele fasen bereikt die binnen onze mogelijkheden liggen. Je wordt
gewoon veel gelukkiger als je zo zuiver eet. Je ziet ook dat deze
gezonde mensen toch voor roken en alcohol vallen als ze ermee in
contact komen. Het blijft eten binnen het oude paradigma met de
onvermijdelijke neerwaartse spiraal van verslaving als gevolg.
Tussenstappen helpen niet meer. Het enige streven dat de moeite waard
is is 100% gezondheid door je basis-instincten opnieuw te leren volgen.
50. Kritiek: “Dus als je instinctief gaat eten word je een
supermens die niet meer ziek kan worden?” Antwoord: Op dit moment
start bijna iedereen met een behoorlijk vervuild systeem. Dat moet je
eerst zien schoon te krijgen. Wellicht zijn daar een paar generaties
voor nodig om dat echt goed te doen. Dat betekent nog heel wat
ontgiftingen, ook een soort ziekte. En dan zijn er in de toekomst
altijd nieuwe virussen en bacteriën waar we resistentie tegen
moeten opbouwen. Meestal zal dat in bedekte vorm gaan en zul je daar
weinig van merken maar bij sommigen kan dat toch problemen geven. Er
zal natuurlijke selectie blijven als we dat tenminste toelaten.
En tenslotte is er slijtage. Als je dat niet compenseert dan kan dat ook ´ziekte´ opleveren.